“Ik ben niet goed genoeg.”
“Dat lukt me toch nooit.”
“Ik word niet gezien.”

Maar wat als juist die woorden je tegenhouden? Wat als de manier waarop je met jezelf praat, bepaalt of je vastloopt of juist verder groeit?

Voor mensen die het gevoel hebben dat ze zijn vastgelopen in werk, relaties, zelfbeeld of persoonlijke ontwikkeling. Is er één krachtig hulpmiddel dat vaak wordt onderschat: taalgebruik. De woorden die je kiest, vertellen niet alleen iets over hoe je je voelt, ze beïnvloeden ook hoe je denkt, handelt en beleeft.

Wees daarom zorgvuldig in welke gedachten je naar binnen haalt, jouw brein vervormd namelijk direct.

Taal vormt je werkelijkheid

Je brein maakt geen onderscheid tussen wat je zegt en wat waar is. Ons brein luistert en gelooft. Hoe vaker je iets herhaalt, hoe dieper het zich vastzet. Zeg je steeds “ik word niet gezien”, dan bouw je een onzichtbare muur om jezelf heen.

Vergelijk deze zinnen maar eens:

• “Ik moet dit afmaken.” → voelt als druk, verplichting.
• “Ik kies ervoor om dit af te maken.” → voelt als regie, keuzevrijheid.

Dat kleine verschil in woorden verandert de toon van je hele dag.

Wat je kan tegenhouden – en hoe taal dat versterkt

Mensen dragen levenservaringen en verhalen met zich mee. En juist in die verhalen sluipen soms zinnen naar binnen die je klein houden, zonder dat je het doorhebt. Het zijn gedachten die onbewust overtuigingen zijn geworden.

Kijk maar eens naar de volgende voorbeelden:

De valkuil van “altijd” en “nooit”

“Ik heb altijd moeite gehad met grenzen stellen.”
“Het is nooit gelukt om daar rust in te vinden.”

Deze woorden zetten je vast. Ze sluiten uit dat je vandaag iets anders zou kunnen doen dan gisteren.

Wat kun je doen?Breng beweging in je zinnen:

“Tot nu toe vond ik het lastig.”
“Ik ben aan het ontdekken hoe ik dat op mijn manier kan leren.”

Een ander voorbeeld is je gedrag verwarren met je identiteit:

“Ik ben gewoon geen doorzetter.”
“Ik ben slecht in beslissingen nemen.”

Door gedrag te benoemen alsof het je identiteit is, blokkeer je je eigen ontwikkeling. Je bent niet je gedrag, je hebt bepaald gedrag – en gedrag is te veranderen.

Wat kun je doen?
Maak ruimte voor groei:

“Ik merk dat ik het lastig vind om door te zetten, maar ik oefen ermee.”
“Ik voel me soms onzeker in het maken van beslissingen, maar ik sta steeds vaker open voor nieuwe opties.”

Hoe zet je taal in als krachtbron?

Let op je innerlijke stem:

Hoe spreek je tegen jezelf als iets niet lukt? Ben je hard, streng, cynisch? Probeer eens om bewust vriendelijker te praten, zonder jezelf voor de gek te houden.

Van:

“Typisch, ik verpest het weer.”
Naar:
“Dit liep anders dan ik wilde. Wat kan ik ervan leren?”

Gebruik woorden die je versterken:

Maak taal actief, open en helpend. Een paar voorbeelden:

• “Ik geef mezelf ruimte om te groeien.”
• “Mijn ervaring geeft me inzicht, geen beperking.”
• “Ik leer, ook als het langzaam gaat.”

Spreek tegen jezelf zoals je met een dierbare zou praten:

Zou je tegen een goede vriend zeggen: “Jij kan dit toch nooit”? Of: “Doe niet zo moeilijk”? Waarschijnlijk niet. Geef jezelf diezelfde mildheid.

Taal is meer dan communicatie. Het is een innerlijke krachtbron die je kunt herontdekken, juist wanneer je denkt vast te zitten. Je hoeft jezelf niet te veranderen in iemand anders. Je hoeft alleen woorden te gebruiken die passen bij wie je vandaag bent en wie je wilt worden.

Je levenservaringen zijn geen beperking. Het is gereedschap. En je woorden zijn de sleutel.

Wil je ermee aan de slag?
Begin met één zin die je vaak denkt of zegt, en herschrijf die in een vorm die je sterker maakt. Zeg hem hardop. Herhaal hem. En let eens op wat er gebeurt.

Liefs Roos van de Mind Praktijk

Neem gerust contact op voor een afspraak of een kennismaking.